Reglement clubhandicap

 Basis
Het AAB-handicapsysteem is gebaseerd op dezelfde principes als het EGA-systeem.
Belangrijk uitgangspunt is dat elke GCAA'er  probeert de beste score te halen op elke hole en in elke GCAA-wedstrijd die hij of zij speelt, en dat hij of zij zoveel mogelijk (maar in ieder geval één per jaar) scorekaarten in zal leveren tijdens clubwedstrijden.

Toepassing
De persoonlijke AAB-(club)handicap wordt gebruikt voor alle interne GCAA-wedstrijden door het hele jaar heen.
Ook tijdens de externe wedstrijden (Fortis-toernooi, KPN-toernooi, Delta Lloyd-toernooi) kan de AAB-handicap worden gebruikt, echter dat zal dan i.h.a. alleen voor spelers zonder EGA-handicap gelden.
 

AAB-qualifying wedstrijd
Een AAB-qualifying wedstrijd is een wedstrijd waarin de AAB-handicap kan wijzigen. Zo'n wedstrijd moet aan de volgende 3 voorwaarden voldoen:
1. De wedstrijdorganisatie is een "AAB-qualifying organisatie" (zie verder daar).
2. De wedstrijdbaan is een "AAB-qualifying baan" (zie verder daar).
3. Het wedstrijdformaat is een "AAB-qualifying formaat" (zie verder daar).

AAB-qualifying organisatie
Een AAB-qualifying wedstrijd wordt georganiseerd door de GCAA-evenementencommissie voor (aspirant) leden van de GCAA.
NB Externe/Gedeelde wedstrijden als Interbancair toernooi of PV-toernooi zijn dus niet AAB-qualifying.

AAB-qualifying baan
Een AAB-qualifying wedstrijd wordt gespeeld op een baan, waar de normale SR, CR en par, die door de nationale golffederatie zijn vastgesteld, op het speelmoment (vrijwel) volledig toepasselijk zijn.
Een baan kan in andere gevallen alleen als AAB-qualifying worden aangemerkt als de handicapcommissie zelf in staat is een toepasselijke SR, CR en par vast te stellen n.a.v. de heersende omstandigheden.

AAB-qualifying formaat
Een AAB-qualifying wedstrijd wordt gespeeld volgens het wedstrijdformaat "individueel stableford" of "individueel strokeplay". Hierbij geldt dat het strokeplayresultaat direct om te rekenen is in een stablefordresultaat.
NB1 Matchplaywedstrijden en teamwedstrijden waarbij niet doorlopend de eigen bal wordt gespeeld (b.v. Texas scramble of Australian greensome) zijn dus niet AAB-qualifying. 
NB2 Teamwedstrijden kunnen -voor spelers die nog geen reële speelsterkte hebben- ook als AAB-qualifying worden aangemerkt, als alle teamleden de hele wedstrijd met de eigen bal spelen (b.v. FBB of FAB). Zie verder onder "Veranderingen in clubhandicap: door wedstrijdresultaat (virtueel -> reeel)"

Playing vs. exact handicap
Uitgaande van de actuele AAB-exact handicap wordt voor elke deelnemer aan een interne GCAA-wedstrijd een AAB-playing handicap vastgesteld. Hiervoor wordt de (exact) AAB-handicap via de geldende SR, CR en par verrekend met de baan.

Voorbeeld:
Mevr. Nabij en mevr. Labij spelen clubavond op Holendrecht-lus: par=36, SR=125, CR=71,3
*  Mevr. Nabij heeft AAB-handicap 41.5, krijgt volgens de baanverrekening (41.5 * 125/113 + 71.3 - 2*36) / 2 = 22,6 => 23 slagen (playing handicap 23).
*  Mevr. Labij heeft AAB-handicap 24.3, krijgt volgens de baanverrekening (24.3 * 125/113 + 71.3 - 2*36) / 2 = 13,1 => 13 slagen (playing handicap 13).

Verkrijging van clubhandicap
Nieuwe spelers met een EGA-handicap <=36 krijgen op het moment dat zij voor het eerst deelnemen aan een GCAA-wedstrijd de waarde van hun EGA-handicap als reële AAB-handicap.
Nieuwe spelers zonder een EGA-handicap <=36 krijgen op het moment dat zij voor het eerst deelnemen aan een GCAA-wedstrijd een virtuele exact AAB-handicap van 30 toegewezen.
Zolang een speler niet deelneemt aan een AAB-qualifying wedstrijd blijft zijn AAB-handicap virtueel. De virtuele handicap is bruikbaar om in GCAA-matchplay- of teamcompetitiewedstrijden te gebruiken.

Veranderingen in clubhandicap: door wedstrijdresultaat (virtueel -> reëel)
Op basis van de score die een speler met virtuele handicap neerzet in zijn eerste AAB-qualifying wedstrijd wordt zijn eerste reële AAB-handicap vastgesteld. Hiervoor wordt zijn individuele resultaat volledig verrekend (tot een maximum waarde, zie onder "
Grenswaarden handicap") volgens de formule:

9 holes => 30 - (113/[SR van baan])*([#stbf]-18)*1,5
18 holes => 30 - (113/[SR van baan])*([#stbf]-36)

Voorbeeld:
Nieuw lid Dhr. Slagkracht speelt 9 holes luilaktoernooi op de Hoge Dijk (CR heren=131).  Uitgaande van virtuele exact handicap 30 behaalt hij 23 punten. Zijn reële exact handicap wordt 30 - (113/131)*(23-18)*1,5 = 23,5.

Veranderingen in clubhandicap: door wedstrijdresultaat (reëel)
Op basis van de score die een speler met reële handicap neerzet in een AAB-qualifying wedstrijd wordt zijn AAB-handicap aangepast, indien die score buiten de zogenaamde "bufferzone" valt. Voor een handicapverbetering wordt zijn individuele resultaat gedeeltelijk verrekend. Voor een handicapverslechtering geldt een vaste toe te voegen term. Voor verschillende handicapcategorieën gelden verschillende bufferzones en handicapaanpassingen:

TABEL I: Handicaps en bufferzones per categorie

Handicap-categorie  AAB-clubhandicap Bufferzone - 18 holes Bufferzone -
9 holes
1 -4,4 35-36 18
2 4,5 - 11,4  34-36 17-18
3 11,5 - 18,4  33-36 17-18
4 18,5 - 26,4  32-36 16-18
5 26,5 - 36,0  31-36 15-18
6 36,1 - 48,0  0-36 0-18
       


TABEL II: Handicapaanpassingen per handicapcategorie

Handicap-categorie Voeg toe bij score ONDER bufferzone  Trek af per stbf-punt BOVEN bufferzone - 
18 holes
Trek af per stbf-punt BOVEN bufferzone -
9 holes
1   0,1 0,1 0,1
2   0,1 0,2 0,2
3   0,1 0,3 0,3
4   0,1 0,4 0,4
5   0,1 0,5 0,5
6   0,0 1,0 1,0
       

Voorbeeld:
Dhr. Slagkracht speelt na verkrijging van zijn reële handicap voor het eerst mee met een clubavond. Uitgaande van reële handicap 21,3 behaalt hij 15 stablefordpunten. Omdat 15 lager is dan de ondergrens van de relevante bufferzone (handicapcategorie 4) wordt zijn reële exact handicap verhoogd met 0,2 tot 21,5.

Verandering in clubhandicap: door eigen ingreep 
AAB-clubhandicaps (zowel reëel als virtueel) kunnen ook worden verlaagd met behulp van een functie hiervoor in de GCAA-handicapapplicatie:
a. direct door de speler zelf;
b. door een ingreep van de handicapcommissie, als deze ontdekt, dat de AAB-clubhandicap vergeleken met de reële speelsterkte te hoog is geworden, d.w.z. als uitgaande van de AAB-clubhandicap de EGA-handicap lager is geworden dan 0.94* AAB-clubhcp - 1.2.
De handicapcommissie zal hiertoe steekproefsgewijs door het jaar heen handicaps van leden controleren, maar in ieder geval voorafgaand aan de drie strokeplaytoernooien de handicaps van de deelnemers.

NB1 Voor EGA-handicappers zal de AAB-clubhandicap in deze gevallen in het algemeen tot het niveau van de EGA-handicap worden verlaagd.

AAB-clubhandicaps (zowel reëel als virtueel) kunnen ook worden verhoogd met dezelfde functie in de GCAA-handicapapplicatie. Dit kan alleen gedaan worden door de handicapcommissie:
a. als deze ontdekt, dat de AAB-clubhandicap vergeleken met de reële speelsterkte te laag is geworden:
   > de EGA-handicap van de speler is meer dan 1,2 punt hoger dan de AAB-handicap;
   > de speler heeft de laatste 6 maanden geen AAB-Q-scores in de buffer genoteerd.
De handicapcommissie zal hiertoe steekproefsgewijs door het jaar heen handicaps van leden controleren, maar in ieder geval voorafgaand aan de drie strokeplaytoernooien de handicaps van de deelnemers.

b. op verzoek van een lid; hiervoor gelden de volgende voorwaarden: 
   > de EGA-handicap van de speler is meer dan 1,2 punt hoger dan de AAB-handicap; 
   > de speler heeft de laatste 6 maanden geen AAB-Q-scores in de buffer genoteerd;
   > het verzoek moet schriftelijk en buiten een wedstrijd gedaan worden - een op een scorekaart geschreven handicapwijziging geldt dus niet als verzoek.

c. op verzoek van een veelspelend lid; hiervoor gelden de volgende voorwaarden:
   > de EGA-handicap van de veelspeler is meer dan 1,5 punt hoger dan de AAB-handicap; 
   > de veelspeler heeft de laatste 3 maanden geen AAB-Q-scores in de buffer genoteerd;
   >  de veelspeler heeft in de laatste 3 maanden voor zijn EGA-handicap minimaal 12 (bewezen) Q-kaarten buiten AAB-verband gelopen;
   > het verzoek moet schriftelijk en buiten een wedstrijd gedaan worden - een op een scorekaart geschreven handicapwijziging geldt dus niet als verzoek.

Een spelend lid kan maximaal 2x per kalenderjaar een verhogingsverzoek doen (b. en c. samen max. 2x!).

NB2 De AAB-clubhandicap zal in deze gevallen tot het niveau van de EGA-handicap worden verhoogd.

Grenswaarden handicap
Er geldt geen minimumwaarde voor de AAB-handicap.
De maximale reële AAB-clubhandicap bedraagt 48,0.

Verliezen van clubhandicap
AAB-clubhandicaps verlopen, wanneer een speler gedurende een heel kalenderjaar niet aan een interne GCAA-wedstrijd heeft deelgenomen. Iemand die na een kalenderjaar zonder deelname terugkeert op GCAA-wedstrijden wordt gelijkgesteld met een nieuwe speler (en begint weer met de eigen EGA- of een virtuele handicap).

Verwerking scorekaarten
Om mee te tellen voor de AAB-clubhandicap moeten scorekaarten na afloop van de wedstrijd z.s.m. worden ingeleverd en uiterlijk vòòr aanvang van de volgende AAB-qualifying wedstrijd door de handicapcommissie zijn verwerkt.

Aanmoedigingsprijs
Aan een persoon met een substantiële verlaging in AAB-clubhandicap gedurende een kalenderjaar kan aan het eind van elk jaar door de handicapcommissie een aanmoedigingsprijs worden uitgereikt (de zgn. Eelco Foekema-award). Hiervoor gelden de volgende minimum criteria:
* Verlaging AAB-handicap volgens USGA-formule >= 1.2;
* Aantal deelnames aan AAB-qualifying wedstrijden >= 5;
* In minimaal 3 van de AAB-qualifying wedstrijden waaraan deelgenomen is, is in de buffer gelopen.

(v18-1)