Reglement strokeplay

*** Afzonderlijke wedstrijd ***

Algemeen
Het algemene wedstrijdreglement van de Golfclub ABN AMRO Amsterdam is geldig.

Aantal holes
Een strokeplaycompetitiewedstrijd wordt over 18 holes gespeeld.
 
Baan
Een strokeplaycompetitiewedstrijd wordt gespeeld op een door de evenementencommissie vastgestelde baan: de 18-holes-wedstrijdbaan van de Hoge Dijk te Amsterdam Zuidoost of een andere baan.

Wedstrijdformule
Tijdens een strokeplaycompetitiewedstrijd wordt gespeeld volgens de spelformule "strokemax-5", d.w.z. als men na “par+4” slagen op een hole te hebben gedaan niet heeft uitgeholed, pakt men de bal op en noteert voor die hole “par+5”.

Handicapverrekening
Op elke gespeelde hole behalen de deelnemers een aantal slagen. De AAB-playing handicap van elke deelnemer wordt volledig verrekend om vanuit de bruto score na 18 holes de netto score te bepalen, met dien verstande dat de maximale playing handicap 54 bedraagt (i.v.m. strokemax-5).

Wedstrijduitslag
De wedstrijdscore van een strokeplaycompetitiewedstrijd wordt bepaald op basis van de over 18 holes behaalde netto score van alle deelnemers.
 
Verwerken scores
Om mee te tellen voor de toernooiuitslag (en de strokeplaycompetitie) moeten scorekaarten na afloop van de wedstrijd tijdig aan de handicapcommissie ter hand worden gesteld.

Publicatie
Op basis van de verwerkte scores wordt op de handicapsite automatisch een wedstrijdklassement gegenereerd.

*** Competitie ***

Aanmelding
Men hoeft zich voor de strokeplaycompetitie niet apart op te geven, maar doet automatisch mee door deelname aan één of meer van de afzonderlijke meetellende wedstrijden

Meetellende wedstrijden
Voor de strokeplaycompetitie tellen de resultaten mee van drie wedstrijden: het openingstoernooi (18 holes), het midzomertoernooi en het slottoernooi (18 holes). 
Een speler moet minimaal in twee wedstrijden meedoen om mee te dingen naar de strokeplaytitel.

Deelklassementen
Voor de strokeplaycompetitie worden 2 deelklassementen opgesteld:  
i. Overall;
ii.
 AAB-handicap qqq t/m 48.
De waarde qqq wordt per seizoen voor aanvang van de eerste meetellende wedstrijd vastgesteld rond de mediaan van de exact handicaps van de spelers in het strokeplayeindklassement van het vorige seizoen. Typische waardes voor qqq zijn 26.5, 24 of 22.5.

Spelers met AAB-handicap boven de qqq worden geklasseerd in twee deelklassementen, te weten i. en ii.

NB1 In een afzonderlijke strokeplaywedstrijd wordt NIET, in de strokeplaycompetitie wordt WEL in deelklassementen gespeeld.
NB2 
 De laagste GCAA-exact handicap bij aanvang van een strokeplaywedstrijd waaraan deelgenomen wordt tijdens een seizoen bepaalt in welke deelklassementen iemand (voor de competitiestand) geplaatst wordt.

Stand
De deelklassementen van de strokeplaycompetitie worden opgemaakt op basis van de som van twee brutoresultaten per persoon volgens de formule:

beste van [brutoscore openingstoernooi, brutoscore midzomertoernooi, brutoscore slottoernooi] + 1-na-beste van [brutoscore openingstoernooi, brutoscore midzomertoernooi, brutoscore slottoernooi]

NB In een afzonderlijke strokeplaywedstrijd worden dus de NETTOscores gerangschikt, in de strokeplaycompetitie worden de BRUTOscores gerangschikt.

Winnaar
Winnaar van de strokeplaycompetitie is de hoogst geplaatste speler in deelklassement i. aan het eind van de competitie.

NB Indien twee of meer spelers na het slottoernooi gelijk staan in een deelklassement gelden successievelijk als beslissingscriteria:
1) Het totaal aantal slagen boven par van de meetellende brutoscores (indien het midzomertoernooi een afwijkende par heeft van openings- of slottoernooi).
2) De beste enkelvoudige meetellende score: "laag + hoog" wint van "gemiddeld + gemiddeld" (vb. 91-95 wint van 93-93).
3) De combinatie van toernooien waar de 2 meetellende scores behaald zijn: een meetellende score op het midzomertoernooi telt het zwaarst, gevolgd door een meetellende score op het slottoernooi en tenslotte een score op het openingstoernooi (1=mzt/slt, 2=opt/mzt, 3=opt/slt).
4) Het aantal deelnames: 
-> bij vergelijking tussen meerdere spelers met 3 scores wint de speler met de laagste "niet-meetellende" score (vb. 94-99-102 wint van 94-99-105);
-> bij vergelijking tussen een speler met 2 en een speler met 3 scores wint de speler met 3 scores als zijn niet-meetellende (slechtste) score maximaal 9 slagen hoger ligt dan het gemiddelde van zijn twee beste scores. Ligt de slechtste score meer dan 9 slagen hoger dan wint de speler met 2 scores (vb. 90-97 wint van 90-97-103, maar verliest van 90-97-102).


Masters-kwalificatie
Voor het eerstvolgende masterstoernooi na afloop van de competitie plaatsen zich de volgende personen successievelijk:

- de hoogst geplaatste speler uit deelklassement ii aan het eind van het strokeplayseizoen,
- de (overigens) 4 hoogst geplaatste spelers uit deelklassement i aan het eind van het strokeplayseizoen.

Publicatie
Op basis van de berekende (gesommeerde) brutoscores wordt op de handicapsite automatisch een competitieklassement gegenereerd.

 

(v19-1)